Allegorische roman zich afspelend in de dan nabije toekomst van de jaren 1970–73. Onder bedreiging van een oorlog die op uitbreken staat worden vele dieren uit de Londen Zoo geëvacueerd naar een Nationaal Park, dat door de zeer vermogende Lord Godmanchester ter beschikking van het Zoölogisch Genootschap is gesteld, zij het niet zonder bijbedoelingen.

De oorlog breekt uit voor de evacuatie der dieren is voltooid, er worden grote vernielingen aangericht, waarvan o.a. een periode van hongersnood het gevolg is. Nieuwe machthebbers van de ‘Unie-Europeanen’ komen aan het bewind, óók in het bestuur van het Zoölogisch Genootschap, waarna de oude dierentuin in Londen met een volksfeest van de nieuwe orde wordt heropend.

De ‘oude mannen van de dierentuin’ zijn verdwenen, omgekomen, hebben zich teruggetrokken of zijn weggewerkt. De ‘nieuwe’ tijd vereist andere inzichten en andere mensen, die de nieuwe orde zijn toegedaan, welke overigens bijzonder veel overeenkomst vertoont met het fascisme en zijn onderhorig marcherende terroristen van de straat.